Aardige mensen en veel cijfers: een jaar in Amerika

Afgelopen jaar zat ik in 4 vwo op het het Goois. Nu zit ik voor een jaar lang in Amerika op een high school. Ik neem deel aan een uitwisselingsprogramma van EF (Education First). Ik zit nu in 11th grade. Wanneer ik terugkom uit Amerika ga ik verder met 5 vwo. Ik vind het erg jammer dat ik dus eigenlijk blijf zitten, maar het is het nu al waard!

Ik woon bij een superleuk gastgezin in Rockville, Maryland. Mijn gastgezin bestaat uit vader Michael, moeder Tracie, dochter Gabby en de hond Knuffel. Het is een beetje raar, want Michael is Nederlands en dat is niet echt de bedoeling, maar hij heeft een contract moeten tekenen bij EF dat hij geen Nederlands zal praten.

Maryland is een kleine staat aan de oostkust. Het stadje waar ik woon is ongeveer dertig minuten rijden van Washington DC. Het schoolsysteem is heel anders dan in Nederland. De kinderen gaan rond hun veertiende naar een high school. Ze beginnen dan in 9th grade. Iedereen moet een bepaald aantal credits krijgen om te slagen. De kinderen kunnen bijna alle vakken kiezen die ze zelf willen. Daardoor zijn de klassen heel gemengd. Kinderen van alle verschillende jaarlagen kunnen bij elkaar in één klas zitten.

Elke dag is hetzelfde. Het eerste uur heb ik fitness, het tweede uur heb ik kookles, het derde uur Spaans, het vierde uur natuurkunde, het vijfde uur pauze, het zesde uur heb ik algebra, het zevende Engels en het achtste overheid. Bijna alle klassen die ik doe zijn ‘honors’. ‘Honors’ zijn klassen die sneller gaan en moeilijker zijn dan de gewone klassen.

School begint om 7:45 en eindigt om 14:30. De lessen zijn ongeveer 45 minuten lang. Samen met Gabby neem ik de schoolbus heen en terug. Het zijn van die typische gele oude bussen die je in films ziet. De stof die ze lesgeven is zo anders dan in Nederland dat ik veel dingen nog niet heb gehad, maar toch is alles heel makkelijk. Ze vinden andere onderwerpen belangrijk dan op Nederlandse scholen. In mijn algebralessen hebben wij het nu bijvoorbeeld over de imaginaire eenheid ‘i’. We deden ook een heel hoofdstuk over inversies. Deze dingen had ik in Nederland nog nooit gehad.

Ze geven bijna alles wat je doet een cijfer. Het is zo irritant. In tegenstelling tot op het Goois hebben ze hier heel veel kleine testjes. De grotere zijn meestal zelfs multiple choice.
Net zoals in je ziet in films, is sport heel belangrijk. Kinderen krijgen er scholarships van en ze zijn meestal erg competitief. Ik deed in het najaar tennis en ik ga in het voorjaar track and field doen. Track and field is in Nederland atletiek. De focus ligt alleen veel meer op rennen. Voor de winter deed ik mee in de try-outs voor basketbal, maar ik had niet genoeg ervaring. Nu doe ik indoor track. Dat is ook atletiek, maar dan zijn de meets (wedstrijden) binnen. Het is heel leuk en de kinderen zijn heel aardig. Ze zijn ook heel erg geïnteresseerd in de Nederlandse cultuur. Als er een football-wedstrijd is, lopen de football-spelers en de cheerleaders ook echt rond in hun outfits. Ik dacht altijd dat ze dat alleen in films deden.

Voor mij was het Engels spreken geen probleem. Wat ik wel moeilijk vind, is dat je overal een auto voor nodig hebt. Ik kan nergens zelf naar toe gaan en dat is erg vervelend. Ik moet wel zeggen dat ik Amerikanen veel meer open vind dan Nederlanders. Ze zijn heel vriendelijk, behalve als iemand slecht autorijdt.

Ik heb er absoluut geen spijt van dat ik hier ben gekomen. Ik leer zoveel nieuwe dingen en tradities en ik leer aardige mensen kennen. Als je de mogelijkheid hebt om dit ook te doen zou ik het absoluut proberen!

Meike Paardekooper